| The Battle of Poitiers was a major English victory in the Edwardian phase of the Hundred Years' War. |
De Slag bij Poitiers was een belangrijke Engelse overwinning tijdens de Edwardiaanse tijd in de Honderdjarige Oorlog. |
| It was fought on 19 September 1356 in Nouaillé, near the city of Poitiers in Aquitaine, western France. |
De strijd vond plaats op 19 september 1356 in Nouaillé, nabij de stad Poitiers in Aquitanië in West-Frankrijk. |
| Edward, the Black Prince, led an army of English, Welsh, Breton and Gascon troops, many of them veterans of the Battle of Crécy. |
Edward, de Zwarte Prins, gaf leiding aan een leger van Engelse, Welse, Bretonse en Gasconse troepen. Velen van hen waren veteranen van de Slag bij Crécy. |
| They were attacked by a larger French force led by King John II of France, which included allied Scottish forces. |
Ze werden aangevallen door een grotere Franse strijdmacht onder leiding van koning Jan II van Frankrijk. Deze bestond ook uit geallieerde Schotse troepen. |
| The French were heavily defeated; an English counter-attack captured King John II along with his youngest son and much of the French nobility. |
De Fransen leidden een zware nederlaag; een Engelse tegenaanval leidde ertoe dat koning Jan II gevangen werd genomen, samen met zijn jongste zoon en een groot deel van de Franse adel. |
| The effect of the defeat on France was catastrophic, leaving Dauphin Charles to rule the country. |
Het effect van de nederlaag op Frankrijk was catastrofaal, waardoor Prins Charles het land moest regeren. |
| Charles faced populist revolts across the kingdom in the wake of the battle, which had destroyed the prestige of the French upper-class. |
De strijd had het aanzien van de Franse hogere klasse verwoest en Charles kreeg in de nasleep van de strijd te maken met populistische opstanden door het hele land. |
| The Edwardian phase of the war ended four years later in 1360, on favourable terms for England. |
De Edwardiaanse tijd van de oorlog eindigde vier jaar later in 1360 onder gunstige voorwaarden voor Engeland. |
| Poitiers was the second major English victory of the Hundred Years' War. |
Poitiers was de tweede grote Engelse overwinning van de Honderdjarige Oorlog. |
| Poitiers was fought ten years after the Battle of Crécy (the first major victory), and about half a century before the third, the Battle of Agincourt (1415). |
Poitiers werd tien jaar na de Slag bij Crécy (de eerste grote overwinning) uitgevochten en ongeveer een halve eeuw vóór de derde, de Slag bij Agincourt in 1415. |
| The town and battle were often referred to as Poictiers in contemporaneous recordings, a name commemorated in several warships of the Royal Navy. |
De stad en de strijd werden in gelijktijdige teksten verwerzen als Poicitiers. Deze naam wordt herdacht op verschillende oorlogsschepen van de Koninklijke Marine |
| Following the death of Charles IV of France in 1328, Philip, Count of Valois, had been crowned as his successor, over his closest male relative and legal successor, Edward III of England. |
Na de dood van Karel IV van Frankrijk in 1328 werd niet zijn naaste mannelijke verwant en wettelijke opvolger Edward III van Engeland, maar Filips, graaf van Valois, gekroond tot zijn opvolger.
|
| Edward had been reluctant to pay homage to Philip in his role as Duke of Aquitaine, resulting in Philip confiscating these lands in 1337, precipitating war between the two nations. |
In zijn rol als hertog van Aquitanië was Edward terughoudend om trouw te zweren aan Filips. Het gevolg was dat Filips in 1337 zijn land confisqueerde, wat leidde tot een oorlog tussen de twee naties. |
| Three years later, Edward declared himself King of France. |
Drie jaar later verklaarde Edward zich tot koning van Frankrijk. |
| The war had begun well for the English. |
De oorlog begon goed voor de Engelsen. |
| They had achieved naval domination early in the war at the Battle of Sluys in 1340, inflicted a severe defeat on the French army at Crécy in 1346, and captured Calais in 1347. |
De Slag bij Sluis in 1340 zorgde voor Engelse maritieme overheersing. Ze brachten het Franse leger in 1346 bij de Slag bij Crécy een zware nederlaag toe en namen in 1347 Calais in.
|
| In the late 1340s and early 1350s, the Black Death decimated the population of Western Europe, bringing all significant efforts in campaigning to a halt, one such victim being Philip VI of France himself. |
Aan het eind van de jaren 1340 en begin 1350 werd een groot deel van de West-Europese bevolking uitgeroeid door de Zwarte Dood. Hierdoor kwamen alle belangrijke campagnes tot stilstand. Een van de slachtoffers was Filips VI van Frankrijk. |
| In 1355, Edward III laid out plans for a second major campaign. |
In 1355 begon Edward III met het plannen van een tweede grote campagne. |
| His eldest son, Edward, the Black Prince, now an experienced soldier following the Crécy campaign, landed at Bordeaux in Aquitaine, leading his army on a march through southern France to Carcassonne. |
Zijn oudste zoon Edward, de Zwarte Prins was een ervaren soldaat die de Campagne van Crécy leidde. Hij kwam aan in Bordeaux in Aquitanië en marcheerde zijn leger door Zuid-Frankrijk naar Carcassonne.
|
| Unable to take the heavily fortified settlement, Edward withdrew to Bordeaux. |
Omdat hij de zwaar versterkte nederzetting niet kon innemen, trok Edward zich terug naar Bordeaux. |
| In early 1356, the Duke of Lancaster led an army through Normandy, while Edward led his army on a great chevauchée from Bordeaux on 8 August 1356. |
Begin 1356 leidde de hertog van Lancaster een leger door Normandië, terwijl Edward zijn leger op 8 augustus 1356 vanuit Bordeaux op een grote chevauchée leidde. |